Werkwoordvervoeging

Vervoegen Denken In het Duits

Indikativ

Präsens

  • ich denke
  • du denkst
  • er/sie/es denkt
  • wir denken
  • ihr denkt
  • sie/Sie denken

Präteritum

  • ich dachte
  • du dachtest
  • er/sie/es dachte
  • wir dachten
  • ihr dachtet
  • sie/Sie dachten

Perfekt

  • ich habe gedacht
  • du hast gedacht
  • er/sie/es hat gedacht
  • wir haben gedacht
  • ihr habt gedacht
  • sie/Sie haben gedacht

Plusquamperfekt

  • ich hatte gedacht
  • du hattest gedacht
  • er/sie/es hatte gedacht
  • wir hatten gedacht
  • ihr hattet gedacht
  • sie/Sie hatten gedacht

Futur 1

  • ich werde denken
  • du wirst denken
  • er/sie/es wird denken
  • wir werden denken
  • ihr werdet denken
  • sie/Sie werden denken

Futur 2

  • ich werde gedacht haben
  • du wirst gedacht haben
  • er/sie/es wird gedacht haben
  • wir werden gedacht haben
  • ihr werdet gedacht haben
  • sie/Sie werden gedacht haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich denke
  • du denkest
  • er/sie/es denke
  • wir denken
  • ihr denket
  • sie/Sie denken

II Präteritum

  • ich dächte
  • du dächtest
  • er/sie/es dächte
  • wir dächten
  • ihr dächtet
  • sie/Sie dächten

I Perfekt

  • ich habe gedacht
  • du habest gedacht
  • er/sie/es habe gedacht
  • wir haben gedacht
  • ihr habet gedacht
  • sie/Sie haben gedacht

I Futur 1

  • ich werde denken
  • du werdest denken
  • er/sie/es werde denken
  • wir werden denken
  • ihr werdet denken
  • sie/Sie werden denken

I Futur 2

  • ich werde gedacht haben
  • du werdest gedacht haben
  • er/sie/es werde gedacht haben
  • wir werden gedacht haben
  • ihr werdet gedacht haben
  • sie/Sie werden gedacht haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte gedacht
  • du hättest gedacht
  • er/sie/es hätte gedacht
  • wir hätten gedacht
  • ihr hättet gedacht
  • sie/Sie hätten gedacht

II Futur 1

  • ich würde denken
  • du würdest denken
  • er/sie/es würde denken
  • wir würden denken
  • ihr würdet denken
  • sie/Sie würden denken

II Futur 2

  • ich würde gedacht haben
  • du würdest gedacht haben
  • er/sie/es würde gedacht haben
  • wir würden gedacht haben
  • ihr würdet gedacht haben
  • sie/Sie würden gedacht haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Denke!
  • (wir) Denken wir!
  • (ihr) Denkt!
  • (Sie) Denken Sie!

Partizip

Präsens

  • denkend

Perfekt

  • gedacht

Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Denken,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Denken? Typ gewoon Denken in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: